zaterdag 23 januari 2016

Gezag zonder gezag

In mijn zwakte schuilt mijn kracht, zei de heilige Paulus ooit. En dat hebben we geweten, er zijn nog steeds twee miljard christenen.

Bij mijn verkenning van de vraag wat we met autoriteit in het onderwijs aanmoeten, kwam ik uit bij de gedachte van infanzia bij Agamben. Ervaring, ook een naam voor autoriteit, heeft te maken met het niet-spreken dat de grondslag vormt voor spreken. Daar komt een ander aspect van autoriteit aan het licht, de macht van het spreken, de macht van woorden.

Ik wikkel dat spoor graag verder af. Maar tegelijk moet ik ook mijn eigen ervaring blijven inschakelen om met meer betrokkenheid geheel op de filologie in te zetten: graven in letters en gedachten zonder te weten waar ik uitkom. Sporen helemaal volgen totdat ze doodlopen om vervolgens een ander spoor te kunnen kiezen. Foucault zei ooit in zijn beroemde interview met Fons Elders in Nederland: 'Ik zeg deze dingen alleen maar om ze te kunnen afsluiten.'

Hierin herken ik wel een eigen ervaring. Ik beschik helaas niet over het talent om anderen te overtuigen of tot actie aan te zetten. Ook komen mijn woorden niet aan bij de ander. Ik zal het als leraar dus moeten hebben van mijn filologische ervaring, het volgen van sporen in moeilijke teksten.

Maar daarnaast heb ik soms het idee dat ook mijn onvermogen de ander te bereiken in mijn voordeel kan werken. Er kunnen verschillende dingen gebeuren. Zo kan een leerling zich ineens zelf opwerpen als autoriteit. 'Meneer, ik kan helemaal niets met uw aanpak.' Vervolgens schrijft ze zelf een plan. Ook kan het gebeuren dat er een vacuüm ontstaat, waaromheen we zwakte en onzekerheid kunnen delen. Ik zeg dan: 'Mensen, ik heb dit niet voorbereid en kom er net achter dat we het zojuist fout hebben vertaald.'

We zitten volledig binnen de ruimte van het experiment. Voor ons ligt de autoriteit, of juist het ontbreken daarvan. We keren dit object om en om, bekijken het en proberen wat uit. Dat het vaak niet werkt nemen we voor lief. Op een Popperiaanse manier kunnen we het zelfs inzetten als falsificatie, wat niets minder is dan een stap in de verificatie.

Nodig is een plaats waar de urgentie niet al te hoog is. Maar die mag ook weer niet ontbreken. Ik werk op een gymnasiumafdeling met intelligente en gemotiveerde leerlingen. Er zijn grote klassen in de onderbouw en kleine groepen in de bovenbouw. In alle gevallen is mijn gezag niet groot, en ben ik er dus op aangewezen te experimenteren.

De lezer verwacht nu een richtpunt, een wenkend perspectief.

Dat richtpunt zou wel eens kunnen zijn dat we niet te vanzelfsprekend moeten uitgaan van de optie vergroting van autoriteit. Zoals we eerder hadden ontdekt, betekent autoriteit juist dat je de macht van de ander bevestigt, vergroot of juist buiten werking stelt. Auctoritas correspondeert met het werkwoord augere, vergroten of vermeerderen. Waarom zou je de vergroting zelf per se moeten vergroten, komt dat niet neer op een tautologie?

In dit licht is het ook moeilijk om te spreken van een crisis van de autoriteit. Zeker, de vaderlijke autoriteit is in crisis, maar dat is hij al sinds de oude Grieken. Op veel punten hebben we een enorme woekering beleefd van autoriteit, in de retorica en in de Bildung vooral. Ook de crisis van de ervaring is niet iets van vandaag, en dan kun je dus wellicht beter niet van een crisis spreken.

We zijn getuige van iets dat op ons toekomt, toekomst. Al ervarend en denkend, in infanzia, verkennen we wat het is. Het zal niet in de komende jaren al een vastomlijnd karakter hebben. Om het concreter te maken moeten we de sporen volgen om ze te kunnen afsluiten en andere te kiezen.

http://i41.tinypic.com/10qavc9.png

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Dit is geen provocatie

Filosofen zijn er om ons uit te dagen. Het resultaat is wel vaak dat ze aan de kant staan van de goedkope uitdagers, de fascisten. Ze dagen ...